Nadenken over de herfstgeur van de schouw, de haard en brandend werfhout

“Waar ’t kaafken brandt, is er leute”

Voila, de herfst is begonnen. Denk ik. Op mijn Marley pick up jankt Liam Gallagher van Oasis en ik krijg tranen in de ogen als ik denk aan die twee broers die Godverdomme niet meer samen het podium op willen wandelen. Op straat in het dorp of in de kleine stad waar ik woon ruik je dat het stoofken opnieuw brandt. Steenkool, werfhout, afgezaagde populieren, appelbomen of wilg, alles knallen we door de schouw. Waar ’t kaafken brandt, is er leute. Jawel. Natuurlijk denk ik dan onmiddellijk aan de CO2-problematiek en wil ik in de straat aan alle deuren kloppen om te brullen dat alleen de kerncentrales ons kunnen helpen behalve die van Zjaporidzja want die is bezet door de Russen. De steenkoolmijn van Beringen, Winterslag en Waterschei moeten we vermoedelijk niet meer opengooien, misschien is dit verleden wel definitief. Van Doel en Tihange weet ik het nog niet. Maar als ik heel eerlijk ben, vind ik die geur van ’t stoofken overal wel gezellig. Vlaams ook.

Gezellig

De koave. Gemütlichkeit, miljaardedju. De gasprijs is duur en het zijn mensen die stoken met steenkool of mazout die nu beter af zijn. Hoe ironischer kan het? Ik denk dat Greta Thunberg serieus op Smeagol in Moskou zijn tenen heeft getrapt, want in plaats van beter klimaat zorgt die oorlog alleen maar voor slechter klimaat. De zee stijgt hysterisch. Weinigen doen er iets aan. Smeagol zeker niet. Hij steekt zijn gas in brand, liever dan ze door de buizen richting Europa te stuwen. Meer nog, van die vermaledijde stuwkanalen op de bodem van de zee heeft het kalf ook al een wapen gemaakt en nu broebelt de gas naar omhoog als een gas verkwistende scheet in de nochtans loepzuivere Oostzee nabij Zweden en Denemarken. Om maar even aan te geven dat het eigenaardige tijden zijn. Maar ik had het over de smalle straatjes van Eeklo en over het dorp van Sleidinge waar mijn prachtige moeder woont. Ik dool in mijn Meetjesland en ik denk aan al die dingen. Ik voel me geen Nick Cave, maar wel een beetje Nik Kaaf of Julien Cavegems want Julien is als voornaam zoveel meer Meetjeslands, you know? Ondertussen vechten we als leeuwen en zeveren we erop los als een bende kippen zonder kop die de oorlog niet meegemaakt hebben.

Bomma

Vandaag moest ik denken aan de onlangs overleden lokale ondernemer Luigi Buysse zijn vader, oprichter van de bouwmaterialenfirma ‘Beton Buysse’, die het Liefken nog kende als echt kanaal en stenen liet vervoeren vanuit Doornik en Gent over de Lieve naar de Boterhoek in Lovendegem om dan met paard en kar te laten vervoeren naar de Weegse in Sleidinge nog geen twee kilometer daar vandaan. Of over de oorlog en hoe die kanalen een cruciale rol speelden in een poging de Duitsers te stoppen. Maar tegen hun overmacht en hun geloof in de Nieuwe Orde viel weinig te beginnen. Wij hadden God en rechtvaardigheid. Daar kom je ver mee in het leven. Dus wonnen we uiteindelijk die oorlog. Na veel bloed, zweet en tranen. Blijf eerlijk met jezelf, zei mijn bomma zaliger altijd. Ik denk dat ze gelijk had. En meteen daarna stuurde ze me om een mand hout om ’t stoofken weer wat extra calorieën toe te dienen. Dat waren gouden tijden. Ik mis mijn bomma, pépé en mémé. Maar die tijden zijn nu een beetje terug. Gezellig, toch? Spreeuwkes vangen. Het is allemaal maar één, twee of drie generaties geleden: het Liefken als kanaal, de fabriek en kerk als motor in het dorp, de textielindustrie langsheen de spoorweg tussen Gent en Eeklo, de meersen en gastels vol water waar we tijdens de winter konden op schaatsen, het plukken van spruitjes in de late herfst en het slachten van het varken op het einde van het jaar om dan, hoopvol op een nieuwe moestuin vol vruchten en de nieuwe patatjes, met haring de rest van de winter door te geraken. We dachten dat we met wifi en het internet in een ander tijdperk zaten. Ho maar! We gaan toch onze plan moeten leren trekken. En strijden als dappere Oekraïners om onze duur bevochten vrijheden vast te houden zodat ze niet als zandkorrels tussen onze vingers glijden.